Door het onderzoek voor de aankomende tentoonstelling Haute Bordure zijn er vele schatten uit het depot van het Fries Museum als het ware herontdekt. Een daarvan is deze groene zijden japon van rond 1865, waarop kleine bloemen zijn geborduurd. Uit herkomstonderzoek bleek dat de jurk is gedragen door een Brabantse dame. Maar hoe komt een kledingstuk uit Brabant in de collectie van het Fries Museum? En wat weten we nog meer van de Brabantse eigenaresse?
In principe verzamelt het Fries Museum alleen objecten met een Friese connectie. De japon werd in 1937, samen met twee andere jurken, verworven van Alida Adriana Menalda - Holleman (1864-1945). Ze groeide op in het Noord-Brabantse dorp Oisterwijk (bij Tilburg), waar ze woonde met vader Frederik Arnold (1828-1925), moeder Wilhelmina Jacoba Holleman - van Hoven (1836-1891), en haar vijf broers en zus. Alida’s familie behoorde tot de hogere sociale klasse. Haar vader bezat een garancinefabriek en haar grootvader Samuel van Hoven (1798-1869) was notaris en burgemeester van Son en Breugel (nabij Eindhoven) geweest.1 In 1890 trouwde Alida met de Fries Cornelis Benjamin Menalda (1862-1950), waarna het echtpaar naar Leeuwarden verhuisde.